Xinjiang katoen: Westerse kledingmerken verdwijnen als reactie groeit

Gepubliceerd 1 dag geleden China richt zijn pijlen op meer westerse kledingwinkels nu de internationale protesten toenemen over beschuldigingen van misstanden in de katoenproducerende regio Xinjiang. Verschillende grote merken hebben hun bezorgdheid geuit over beschuldigingen dat leden van de overwegend islamitische Uighur-minderheidsgroep worden gebruikt als dwangarbeiders. De online shops van sommige bedrijven zijn geblokkeerd en hun winkels zijn van sommige digitale kaarten verdwenen. De maatregel komt er nadat verschillende westerse landen sancties tegen China hebben ingesteld. China richtte zich aanvankelijk tegen H&M en Nike, maar dat heeft zich inmiddels uitgebreid tot onder meer Burberry, Adidas en Converse. Hoewel de fysieke winkels van H&M in China blijven bestaan, is het niet langer mogelijk om via een app een taxi naar de winkels te roepen en kunnen consumenten niet online winkelen. In plaats daarvan maakt China zich sterk voor lokale merken. China wordt ervan beschuldigd ernstige mensenrechtenschendingen te plegen tegen Oeigoeren in Xinjiang. Zo zouden Oeigoeren gedwongen worden katoen te plukken voor de wereldmarkt. Peking ontkent dit en heeft teruggeslagen met vergeldingsmaatregelen tegen Europese wetgevers, wetenschappers en instellingen - de meest recente zijn vrijdag opgelegd aan Britse entiteiten en personen. In december publiceerde de BBC een onderzoek op basis van nieuw onderzoek waaruit bleek dat China honderdduizenden minderheden, waaronder Oeigoeren, dwong tot handenarbeid in de katoenvelden van Xinjiang. Analyse box door Robin Brant, correspondent voor Shanghai China heeft nu ook andere merken in het vizier - maar zal deze campagne ook echt werken? In slechts 24 uur tijd is H&M zo goed als verdwenen uit de digitale wereld van China; je kunt geen topjes en jurken van H&M meer kopen op de grootste online retailplatforms, je kunt geen taxi meer krijgen om je naar een van de winkels te laten brengen via de grootste app voor ritbemiddeling. De fysieke winkels zijn er nog en open - bijna allemaal - maar op het gebied waar de heersende communistische partij van China het snelst kan coördineren, is H&M verdwenen. Alleen verkoopcijfers en beslissingen van het hoofdkantoor van het bedrijf in Zweden zullen nauwkeurig kunnen aantonen wat het effect van deze campagne is. Maar eerdere pogingen, in het bijzonder gericht tegen de Zuid-Koreaanse Lotte-keten, laten zien hoe effectief ze kan zijn. Lotte-winkels zijn hier niet meer nadat het verwikkeld raakte in een diplomatiek conflict tussen Peking en Seoel. De uitdaging voor buitenlandse merken is altijd geweest hoe je spullen kunt verkopen aan de 1,4 miljard Chinezen en tegelijkertijd kunt voldoen aan de groeiende vraag van je mondiale klanten om ethisch verantwoord te werk te gaan. In het tijdperk van de misstanden in Xinjiang is dat nog duidelijker geworden. Sommigen zien het gewoon als verkoop versus ethiek; zij kiezen aan welke kant zij staan. Anderen proberen een manier te vinden om beide te bereiken. De grijze lijn van de presentatie De Xinjiang-katoencampagne begon op woensdag toen Chinese staatsmedia en netizens H&M aan de schandpaal nagelden vanwege een verklaring die vorig jaar was afgelegd, en breidde zich al snel uit naar vele andere merken. H&M-winkel in Urumqi, Xinjiang, is donderdag gesloten en de uithangborden zijn bedekt. Ze hebben nu opgeroepen tot een boycot van merken die zijn aangesloten bij het Better Cotton Initiative (BCI) - een non-profitorganisatie die duurzame katoenproductie bevordert - en waarvan onder meer Nike, Adidas, New Balance, Burberry, Puma en Tommy Hilfiger lid zijn. BCI zei in oktober dat het zijn activiteiten in Xinjiang had opgeschort, evenals het verlenen van licenties voor katoen uit de regio, vanwege beschuldigingen en "toenemende risico's" van dwangarbeid, volgens de cache-versie van een verklaring die niet langer toegankelijk is op de website van BCI. "Als jullie Xinjiang-katoen boycotten, zullen wij jullie boycotten," reageerde een persoon op Weibo. Topberoemdheden in China, waaronder zangeres Eason Chan en filmsterren Zhang Yixing en Bai Jingting, hebben sindsdien gezegd dat zij de banden met sommige van deze merken zouden verbreken. De Chinese techgigant Tencent heeft ook zijn samenwerking stopgezet met het Britse luxemerk Burberry, dat outfits had ontworpen voor Honor Of Kings, een van China's grootste videogames. Intussen hebben de staatsmedia de aandacht gevestigd op een aantal Chinese merken, waaronder Li Ning, Anta, Peak en Meters/bonwe, met trending hashtags op Weibo waarin de bedrijven worden geprezen omdat zij specifiek katoen uit Xinjiang gebruiken - Li Ning vermeldt dit bijvoorbeeld op zijn kledinglabels. Anta, het op twee na grootste sportkledingbedrijf ter wereld, zei op Weibo dat het lid was van BCI, maar dat het zich uit het initiatief terugtrok. "We hebben altijd in China geproduceerd katoen gekocht en gebruikt, ook katoen uit Xinjiang, en dat zullen we ook in de toekomst blijven doen", aldus het bedrijf. Het Japanse sportkledingmerk Asics zegde ook steun toe aan katoen uit Xinjiang, terwijl de Japanse detailhandelaar Muji - die op een bepaald moment een productlijn van "katoen uit Xinjiang" op de markt had gebracht - de Global Times vertelde dat het dergelijke artikelen nog steeds in China verkoopt.